Je denkt bij het woord sensitiviteit al snel aan zweverige theorieën van mensen met vermoeiende kinderen. Maar (hoog)sensitieve mensen bestaan wel degelijk, blijkt nu uit een grootschalig onderzoek van klinisch psychologe Elke van Hoof (VUB). Ze stelde resultaten voor op het internationale Congres voor Hoog sensitiviteit in Brussel. ‘Scans bewijzen het; ze dénken anders‘. Het onderzoek is uitgevoerd op meer dan 1500 volwassenen tussen de 29 en de 58 jaar. Ondertussen is er bij de KU Leuven ook een onderzoeksproject waarin sensitiviteit bij 800 kinderen wordt onderzocht.

Diepgaande verwerking

Uit onderzoek blijkt dat diepgaande verwerking het belangrijkste kenmerk van sensitiviteit is waardoor overprikkeling, emotionaliteit of subtiliteit in waarnemen kan ontstaan. Diepgaande verwerking legt professor van Hoof als volgt uit: simpel uitgelegd heeft een niet of minder sensitief mens een filter in het informatieverwerkingssysteem in de hersenen. Afhankelijk van welke activiteit hij uitvoert, beslist de filter welke informatie er binnenkomt. De gefilterde informatie wordt verwerkt in de hersenen. Sensitieve mensen hebben die filter niet: “alle prikkels komen op elk moment binnen”.

Bron: Professor dokter Elke van Hoof

Cathérine Ongenae 29 juni 2015

Interviews, non-fictie, psychologie

www.catherineongenae.com

 

Overige ontdekkingen

  • Sensitiviteit is een eigenschap die voorkomt bij ongeveer 15 – 20% van de bevolking en bij meer dan honderd diersoorten.
  • Onderzoekers hebben een verband tussen sensitiviteit en erfelijk materiaal ontdekt (Licht et al., 2011; Chen et al. 2011). Sensitiviteit is dus meestal een aangeboren eigenschap.
  • Hersenscans laten zien dat het brein anders werkt. Wetenschappers meten meer activiteit in de hersendelen die betrokken zijn bij het verwerken van visuele informatie en bij empathie. (Jagiellowicz et al., 2010; Acevedo et al., 2014)

 

Evolutionaire functie

  • Sensitiviteit hangt samen met een sterk behavioural inhibition system (BIS) en heeft een evolutionaire functie. Sensitieve individuen pauzeren, observeren, schatten kansen en risico’s in en gaan dan pas tot actie over. De overige 80-85% wacht niet en onderneemt zo snel mogelijk actie. Beide strategieën hebben evidente voor- en nadelen en zorgen ervoor dat de populatie als geheel kan overleven. (Aron en Aron 1997; Smolewska et al., 2006; Wolf et al. 2008)

 

Beïnvloeding door omgeving

  • In een negatieve omgeving zijn zij in het nadeel, maar in een positieve omgeving zijn zij juist in het voordeel. Sensitiviteit is dus geen stoornis, maar een neutrale eigenschap die – afhankelijk van de situatie – goed of slecht uitpakt. Zie de onderzoeken naar differential susceptibility (Belsky, 1997a; Belsky 2005; Belsky et al., 2007; Belsky en Pluess, 2009) en biological sensitivity to context (Boyce en Ellis 2005).
  • Er zijn echter ook aanwijzingen dat hoogsensitiviteit vooral voordelen met zich meebrengt. Zie het begrip vantage sensitivity (Pluess en Belsky, 2013; Pluess en Boniwell, 2015).

 

Bron: https://pieteroffermans.nl/bestaat-hoogsensitiviteit-echt/